Pesten op het werk

Uit diverse onderzoeken bleek dat deze jonge postbode niet alleen stond.

Het is tegen deze achtergrond dat op 01.07.2002 de wet betreffende de bescherming van werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk van kracht geworden is.

Krachtlijnen van de wet van 1 juli 2002 :

* De wet legt aan de werkgever de verplichting op preventieve maatregelen te nemen ter voorkoming van pesterijen op het werk, zoals het aanstellen van een vertrouwenspersoon en/of een preventieadviseur.

* De nieuwe wet wil zo veel mogelijk de conflicten binnen de onderneming zelf regelen en in de mate van het mogelijke rechtsgedingen voorkomen.
Enkel indien de bemiddelingspoging via de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur niet lukt, kan het slachtoffer een gemotiveerde klacht indienen bij de preventieadviseur.
Vanaf dat ogenblik genieten het slachtoffer en eventuele getuigen gedurende 12 maanden ontslagbescherming.

* Indien deze interne procedure niet tot een oplossing leidt, wordt de Medische Inspectie ingeschakeld, die bij gebreke aan een minnelijke regeling, het dossier overmaakt aan de Arbeidsauditeur bij de plaatselijke Arbeidsrechtbank. De dader en de werkgever kunnen dan vervolgd worden voor de Correctionele Rechtbank.

* De werknemer die pesterijen heeft gepleegd, kan disciplinaire sancties krijgen, maar hij kan ook door de werkgever ontslagen worden om dringende redenen.
De Arbeidsrechtbank kan de dader en/of de werkgever bevelen een einde te maken aan de pesterijen en hen veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding aan het slachtoffer.

* Vernieuwend is tenslotte ook dat niet alleen het slachtoffer zelf de gerechtelijke procedure kan inleiden, maar ook een representatieve werknemers- en werkgeversorganisatie, zoals een vakbond.

* Bovendien is er een omkering van de bewijslast, waardoor de werkgever en/of de dader zullen moeten aantonen dat er zich geen pesterijen op het werk hebben voorgedaan.

Besluit :

Door deze nieuwe wet kan tegen talrijke onaanvaardbare situaties op de werkvloer krachtig worden opgetreden.

Zowel de werkgevers als de werknemers evenals de rechtbanken zullen echter een juist evenwicht moeten vinden, opdat van de toepassing van deze wet geen misbruik zal worden gemaakt, noch door de dader noch door het slachtoffer.