“En wat gaat mij dat kosten?” Patiënten hebben recht op informatie over de kostprijs van een medische behandeling.

In een arrest van 6 september 2021 heeft het Hof van Cassatie geoordeeld dat ziekenhuizen en artsen hun patiënten actief moeten informeren over het statuut van de artsen (geconventioneerd of niet) en over de ereloonsupplementen die zij kunnen aanrekenen.

Het Hof benadrukt dat het niet de bedoeling is dat een patiënt zelf op zoek moet gaan naar deze informatie. Dit betekent dat het voor een ziekenhuis niet volstaat om aan hun patiënten een informatiebrochure te geven waarin staat dat zij de website van het ziekenhuis kunnen raadplegen voor meer informatie over het statuut van de artsen en hun ereloontarieven. Ook een gewone doorverwijzing naar de onthaalbalie van het ziekenhuis waar patiënten meer informatie kunnen vragen over de kostprijs van de medische behandeling, is onvoldoende.

Ziekenhuizen en artsen moeten de patiënt, vooraleer hij toestemt in de medische behandeling, zo transparant en volledig mogelijk inlichten over alle financiële gevolgen van de medische behandeling. De patiënt die onvoldoende geïnformeerd werd over de aangerekende ereloonsupplementen, heeft het recht om de factuur m.b.t. deze supplementen niet te betalen.

Rekening houdend met dit strenge standpunt van het Hof van Cassatie doen ziekenhuizen en artsen er dus goed aan om er actief voor te zorgen dat hun patiënten voorafgaandelijk, spontaan en individueel op de hoogte worden gebracht van de financiële gevolgen van de medische behandeling. Pas nadat dit gebeurd is, kan er volgens het Hof sprake zijn van een vrije, geïnformeerde toestemming tot de medische behandeling. Een gewaarschuwd man (ziekenhuis en arts) is er twee waard.