Over problematische processierupsprocessen

1. Processierupsen en andere exotische beestjes

In mijn kindertijd had ik nog nooit gehoord van de (eiken)processierups, de rups van de eikenprocessie(rups)vlinder. Het is immers pas sinds 1990 dat deze rups ook (opnieuw) meer en meer haar weg gevonden heeft naar de lage landen. Voorheen toefde zij in het zuiden – en dramatische medische incidenten uit het zuiden over dit beestje hebben mij (via de media) nooit bereikt.

Door de wijzigingen in het klimaat, voelen ook meer exotische insecten zich in onze streken prima thuis.[2] Te denken valt niet alleen aan de eikenprocessierups, maar ook aan de nog ergere dennenprocessierups (die al in Parijs is beland). Ook de reuzenteek en de Aziatische tijgermug[3] zouden in onze contreien meer en meer kunnen gaan voorkomen (voorlopig liften ze nog vaak mee via geïmporteerde voertuigen). Deze exotische beestjes zouden een aantal exotische ziektes met zich kunnen meebrengen.

Verhoogde waakzaamheid is dus vereist. De tijd dat we onbezonnen en vrij door de natuur kunnen huppelen, zou volgens sommige dramatische berichten voorbij kunnen zijn. Volgens andere specialisten zal het allemaal niet zo’n vaart lopen. 

2. Processierupsplagen

Het rupsje (van de processierupsnachtvlinder) is niet erg ‘populair’, omdat het brandharen en vervellingshuidjes heeft die mens en dier (vooral honden) erg (kunnen) irriteren. Men moet wel enigszins medelijden hebben met het arme beestje, want niet zelden zet men het voltallige leger, met helikopters en al, in om het kleine ding volledig met huid en haar te vernietigen.

 ’s Nachts verplaatsen ze zich op zoek naar voedsel, waarbij de hele ‘kolonie’ in meerdere rijen dicht achter elkaar, ‘als in een processie’, loopt: hence the name.

Overdag luieren ze in hun nest en vreten hele eikenbomen helemaal kaal …njam njam.

Het nachtvlindertje zelf leeft maar enkele dagen, dus het beestje wil dan zo snel mogelijk paren om zich zoveel mogelijk voort te planten. Het zijn bourgondische beestjes, geen wonder dat ze graag in België toeven, maar toch... aan alles zijn er grenzen.

Vooral koolmeesjes zijn verzot op de rupsjes, dus misschien moeten we die in ere houden.

3. Processierups(haar)problemen

De brandharen op de rups zijn ongeveer 0,2 tot 0,3 mm lang, zijn pijlvormig en hebben weerhaakjes. De rupsen kunnen deze brandharen afschieten wanneer zij zich bedreigd voelen en deze worden met de wind meegevoerd en kunnen zo gemakkelijk de huid, de ogen en de luchtwegen binnendringen. Een beetje vergelijkbaar met brandnetels, maar de effecten duren veel langer.

Bepaalde stoffen die van deze brandharen afkomen veroorzaken huiduitslag, zwellingen, rode ogen en jeuk. In zeldzame gevallen ook braken, duizeligheid en koorts.

Er hoeft dus geen contact te zijn met de rups zelf, een contact met een miniscuul haartje volstaat. Ook na zeven jaar blijft een dergelijk haartje nog reuze-efficiënt. Klimmen in eikenbomen zonder bescherming (waar nog oude nesten hangen), is dus niet aan te bevelen.

Niet iedereen reageert even hevig op het contact met deze haartjes. Men bouwt evenwel geen immuniteit op bij meermaals contact: integendeel wanneer men andermaal met de rupshaartjes wordt geconfronteerd, zal de reactie van het lichaam meestal heviger zijn.

4. Processen tegen de processierups (‘in persoon’)?

De rups zelf (in persoon) dagvaarden werd in de middeleeuwen wel gedaan (en deze werd dan bij verstek veroordeeld en rechterlijk bevolen om weg te gaan),[4] maar tegenwoordig doen wij dit al drie eeuwen niet meer.[5] Een dergelijk rechterlijk verbanningsbevel bleek ook moeilijk uitvoerbaar (vermoed ik). De beestjes werden meestal veroordeeld (ook al kregen ze een raadsman toegewezen voor de kerkelijke rechtbanken), hoewel in 1750 werd een ezelin vrijgesproken voor de tenlastelegging van bestialiteit, omdat de opgeroepen (menselijke) getuigen het deugdzame karakter van de ezelin onderstreepten. De medebeklaagde (een homo sapiens…foeifoeifoei) werd wel schuldig bevonden en ter dood veroordeeld. In 1474 werd in Basel ook een (bezeten) haan vervolgd wegens de tegennatuurlijke daad van een ei te leggen. Enfin, ik dwaal af. Dieren kunnen in het huidige moderne recht niet meer in persoon worden gedagvaard. De processierups dus ook niet.

We mogen overigens misschien niet zo hard lachen met de middeleeuwers, ook wij worstelen tot op heden met de dierenrechten. Dierenrechtenorganisaties kunnen wel als eiser optreden, maar hoe ver zij kunnen gaan, is niet altijd duidelijk. De dierenrechtenorganisatie PETA verloor nog onlangs (in 2018) een procedure tegen een natuurfotograaf die foto’s had gepubliceerd van een aap die zelf (prachtige) selfies had gemaakt (met de apparatuur van de natuurfotograaf). PETA betoogde dat het auteursrecht van deze foto aan de aap (de maker van de foto) toekwam en de publicatie ervan een schending van diens auteursrecht impliceerde.[6] Deze claim werd verworpen. Tot nader order kan (in het Amerikaanse recht) enkel de homo sapiens houder van een auteursrecht zijn en dus geen andere primaten.

5. Processen tegen de processierupseigenaar?

De eigenaar of de houder van de dieren dagvaarden zou eventueel wel een mogelijkheid kunnen zijn. Artikel 1385 BW bepaalt immers: ‘De eigenaar van een dier, of, terwijl hij het in gebruik heeft, degene die zich ervan bedient, is aansprakelijk voor de schade die door het dier is veroorzaakt, hetzij het onder zijn bewaring stond, dan wel verdwaald of ontsnapt was.’

Het begrip ‘dier’ is zeker van toepassing op een processierups. Het feit dat het diertje aan de kleine kant is,replicas de relojes is niet onmiddellijk een juridisch bezwaar. Ook dieren die nog een pak kleiner zijn – zoals dierlijke[7] microben of virussen – zouden kunnen vallen onder het juridische begrip ‘dier’.[8]

Enkel de eigenaar of bewaker van een dier kan aansprakelijk zijn voor de schade die het dier heeft veroorzaakt. Maar wie is de eigenaar of de bewaarder van deze pest van een eikenprocessierups – die niemand (behalve dan misschien vader en moeder eikenprocessievlinder) heeft gewild en al zeker niet de eigenaar van de kaalgevreten eikenboom? Verder moet een eigenaar of bewaarder ook het meesterschap hebben over de rups in kwestie. Wanneer de eikenprocessierups ’s nachts in processie aan het slaapwandelen is, is het misschien wel wat delicater om de eigenaar van de grond, waarover de kolonie rupsen wandelt, ook meteen te beschouwen als eigenaar van de kolonie…

Om bewaarder van het dier te zijn moet je er gebruik van kunnen maken en leiding en toezicht op kunnen hebben. Een imker wordt door de rechtspraak wel als eigenaar of bewaarder van de bijen beschouwd,[9] voor zover zij zich nog in de buurt van de bijenkorven bevinden.[10] Daarbuiten heeft hij er geen meesterschap over.[11]

Bij deze rupsen lijkt men meestal moeilijk te kunnen gewagen van meesterschap: de eigenaar van de boom die te dicht in de buurt komt, wordt eveneens getrakteerd op een spervuur van ongewenste brandhaartjes. Toch zou bijvoorbeeld een verdelger van het nest eventueel beschouwd kunnen worden als de bewaarder van de rupsen, of nog een laboratorium dat onderzoek doet naar de rupsen. In een zelfde zin overweegt de rechtsleer dat ziekenhuizen en laboratoria eigenaar kunnen zijn van (ziekenhuis)bacteriën.[12]

Een moeilijk probleem blijft ook dat een slachtoffer moet kunnen aantonen dat het brandhaartje afkomstig is uit de kolonie van eikenprocessierupsen van de ‘eigenaar’ en dat ‘zijn’ diertjes deze schade hebben veroorzaakt. De brandhaartjes kunnen door de wind ver worden meegevoerd, zodat het een complexe bedoening wordt om aan te tonen dat deze eigenaar aansprakelijk zou zijn voor de schade van een specifiek slachtoffer (die misschien wel besmet werd door tientallen kolonies rupsen van verschillende ‘eigenaars’). Verder gaat de kolonie ook ’s nachts in processie op pad en moet de eigenaar dan ook aansprakelijk worden gesteld? Allicht niet, want de beestjes zijn op dat ogenblik niet onder zijn bewaring en ook niet ‘verdwaald’ en waarschijnlijk ook niet ‘ontsnapt’.

Het lijkt weinig waarschijnlijk dat een slachtoffer een beroep kan doen op de aansprakelijkheid van de eigenaar voor diens dieren (art. 1385 BW).

6. Processen tegen de eikenboomeigenaar?

Men zou ook kunnen stellen dat de eigenaar van de eikenboom wel aansprakelijk is, omdat de boom (= zaak) een gebrek vertoont, met name behept is met een nest vol met vervelende processierupsen. Dit is geen normaal kenmerk van een gewone eikenboom. De houder van de gebrekkige zaak is in dat geval aansprakelijk (artikel 1384, lid 1 BW). Deze argumentatie biedt allicht al wat meer perspectieven, maar ook hier blijft het vaak een probleem dat het moeilijk aan te tonen is dat juist deze samengestelde zaak (de eikenboom + rupsennest + weggeblazen brandhaartjes) van deze eigenaar de schade heeft veroorzaakt.

In bepaalde omstandigheden is dit allicht wel te bewijzen: wie de ganse dag in een park verblijft (vol met eikenbomen en processierupsen) en tijdens het bezoek met de ambulance moet worden weggevoerd, zal de eigenaar van het park misschien wel met een goede kans op succes kunnen aanspreken.

Verder kan men uiteraard ook terugvallen op de artikelen 1382-1383 BW: wie een voor publiek toegankelijk park uitbaat (met eikenbomen die vol zitten met processierupsen) zal toch een aantal voorzorgsmaatregelen moeten nemen: de nesten verdelgen, bepaalde delen van het park afsluiten, de bezoekers waarschuwen. Men organiseert immers ook geen bbq naast een wespennest.

Een lintje rond de boom, lijkt mij niet meteen een efficiënte maatregel, nu de rupsen gemakkelijk hun brandhaartjes schieten over het lintje heen.

7. Het processierupsenproces (zonder processierupsenarrest)

In Nederland is er al één discussie geweest aangaande de eikenprocessierups. Een bejaarde man (78 jaar) en zijn hond verbleven in een vakantiepark en zij waren meermaals op een bankje onder een eikenboom gaan zitten met daarin een nest van de eikenprocessierups. Op een ochtend werd hij wakker met ondraaglijke jeuk, ontstekingen en een ziek gevoel dat de rest van de vakantie aanhield.

Initieel wees het vakantiepark op de eigen verantwoordelijkheid van het slachtoffer en stelde dat de man zelf maar vooraf had moeten controleren of er een nest zat alvorens op het bankje te gaan zitten. De gemeente had nochtans een brief verzonden om het park in te lichten over het risico aangaande de eikenprocessierups. In die omstandigheden, lijkt er weinig redelijke twijfel te bestaan dat de schade van het slachtoffer te wijten is aan de rups en de eigenaar van het park, die kennis van zaken had, niet zorgvuldig is geweest en dus aansprakelijk is voor de schade. [13]

8. Processierupsaanval is een arbeidsongeval?

Een contact met een processierups op het werk, kan volgens mij worden erkend als een arbeidsongeval.

Er is vergelijkbare rechtspraak waarbij wespensteken op het werk worden erkend als arbeidsongeval.

Een spoorwegarbeider die tijdens het werk en op de plaats van het werk door een wesp gestoken wordt, is het slachtoffer van een arbeidsongeval. De aanwezigheid van wespen was in dat geval een risico inherent aan het milieu waarin de werkman arbeid moest verrichten.[14] In vergelijkbare zin werd ook geoordeeld over een ongelukkige postbode die achterna gejaagd werd door een wesp.[15]

Ook hier blijft evenwel de bijzondere moeilijkheid om aan te tonen dat men contact had met het brandhaartje tijdens de werkuren. Het contact met de brandharen kan ook gebeurd zijn voor de aanvang van het werk, en dat de symptomen pas later opduiken. Dit maakt de processierupsaanval wel wat lastiger dan de wespensteek en zou de arbeidsongevallenverzekeraar kunnen doen besluiten om het geval niet te erkennen als arbeidsongeval.

 9. Op naar een processierupsenfonds?

Wij hebben niet veel ervaring met eikenprocessierupsen en ons recht evenmin. Het vervelende beestje laat zich moeilijk inpassen in onze regels. Het zou misschien een idee zijn om een apart fonds op te richten voor slachtoffers van de eikenprocessierups en misschien meteen ook voor de dennenprocessierups (die er mogelijkerwijs ook zit aan te komen, en nog meer brandhaartjes heeft).

 10. Terug naar mijn kindertijd!

In mijn kindertijd had ik inderdaad nog nooit gehoord van de processierups, maar heel deze saga geeft wel een hele nieuwe lading aan een kinderliedje (dat ik wel ken): ‘En aan die boom daar kwam een tak, En aan die tak daar kwam een twijg, En aan die twijg daar kwam een blad, En aan dat blad daar kwam een nest, En in dat nest daar lag een ei, En uit dat ei daar kwam een jong oei, joei, joei…’ (en begin maar te krabben).

 


[1] Een verwijzing naar een gedicht van Annie M.G. Schmidt (‘Pas op schat, een bus!').

Er was eens een vrouw, en ze zat naast haar man

zo knus in de auto; daar reden ze dan

en als ze zo reden dan sprak zij aldus:

daar komt weer iets aan schat! Pas op, ’t is een bus

Kijk uit voor die auto!! Een kind op de weg!!

Nou dát was ook net op het nippertje, zeg…

Een vent achter ons! En hij wil je passeren!

Nee toch niet -ja toch- nee hij gaat hier parkeren.

En toen zij tien maal aan zijn mouw had getrokken –

waarbij ze dan hoorbaar de adem liet stokken –

en nóg vijftien maal had gezegd tot haar man:

pas op schat, pas op schat, daar komt weer iets an,

toen werd hij heel woedend en grauwde en snauwde

en vroeg of ze voortaan haar mond wilde houden.

Nu zegt ze dus niets meer. Ze zwijgt als graniet,

ook als ze op ’t kruispunt een olifant ziet.

En als er vlak vóór hen een bromfiets passeert

dan zwijgt ze als ’t graf, want ze heeft het geleerd.

En zo zitten dagelijks tien miljoen vrouwen

heel grim naast hun eega de monden te houwen.

En gaat er iets werkelijk mis in ’t verkeer,

dan zien ze het wel, maar ze zeggen niets meer.

Ze houden halsstarrig hun mond, ook al stopt er

precies voor de bumper een vracht-helikopter.

En áls er een truck uit een zijstraatje schiet,

dan kan het gebeuren dat hij het niet ziet

en zij zegt dan -vlak voor de hemelpoort- fél:

‘k mocht immers niks zeggen; maar ik zag hem wel.

[2] https://www.nrc.nl/nieuws/2019/07/03/volksverhuizing-van-tijgermug-en-reuzenteek-a3965885

[3] https://www.itg.be/N/Artikel/opnieuw-tijgermuggen-in-belgie

[4] Grotere dieren (die verdacht werden van een misdrijf) werden meegebracht naar de rechtbank en aldaar op tegenspraak berecht.

[5] Wie nog eens graag wil lachen met de middeleeuwers en hun dierenprocessen, kan surfen naar https://en.wikipedia.org/wiki/Animal_trial.

[6] https://en.wikipedia.org/wiki/Monkey_selfie_copyright_dispute

[7] Plantaardige bacterieën zouden juridisch veeleer als ‘zaken’ moeten worden beschouwd.

[8] Zie ook L. Beckers, ‘Aansprakelijkheid voor dieren. Een juridische zoektocht die ons leidt van een ordinaire hondenbeet tot de ziekenhuisbacterie’, Jura Falconis 2007-2008, (39) 55-58.

[9] Bijen worden beschouwd als huisdieren en niet als een res nullius (een zaak die aan niemand toebehoort).

[10] Gent 15 februari 1994, RW 1996-97, 887. Het betrof hier een zaak waarbij de bijen van een imker die bezig was met honingpluk en de korven manipuleerde, ingeslikt werden door een koe (eigendom van de buur) en de koe daardoor noodgedwongen moest worden geslacht. De bewering dat de koe ook kon zijn gestoken door een wilde bij of een wesp (die niet toebehoorde aan de imker), vond het hof niet voldoende ernstig om de imker te ontheffen van zijn aansprakelijkheid.

[11] L. Beckers, ‘Aansprakelijkheid voor dieren. Een juridische zoektocht die ons leidt van een ordinaire hondenbeet tot de ziekenhuisbacterie’, Jura Falconis 2007-2008, (39) 56.

[12] L. Beckers, ‘Aansprakelijkheid voor dieren. Een juridische zoektocht die ons leidt van een ordinaire hondenbeet tot de ziekenhuisbacterie’, Jura Falconis 2007-2008, (39) 58.

[13] Zie https://www.boomzorg.nl/article/27140/de-eikenprocessierups-en-aansprakelijkheid repliche orologi

[14] Arbh. Bergen 26 november 1984, JT 1985, 111.

[15] Arbh. Bergen 13 februari 2007, JTT 2008, 9. Aangezien de aanwezigheid van wespen op de weg die de postbode in het midden van de zomer volgt een risico is eigen aan het milieu waarin hij zich door zijn dienst bevindt, is de wespensteek een ongeval dat zich door de uitoefening van het ambt heeft voorgedaan.

Gerelateerde publicaties

Verkeersboete tijdens de werkuren: wie moet dat betalen?

Omnius steunt de Warmste Week

Influencer marketing #hoezitdatjuridisch? #watisdat?

In ons land zijn er 6,2 miljoen Facebookgebruikers, waarvan er 80% dagelijks inlogt, 3 miljoen Belgen hebben een Instagram-account. Sociale media zoals Facebook, Instagram, Pinterest, Youtube, LinkedIn, … zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijkse leven. We willen immers zo graag up-to-date blijven over de nieuwste trends en hypes.