Superboetes (deel 2)
In onze bijdrage van afgelopen maand werd het onderscheid tussen de verschillende overtredingen duidelijk gemaakt. Er werd reeds gesteld dat de boetes zwaarder worden naarmate de ernst van de overtreding (gewoon/zwaar) en de graad waartoe de zware overtreding behoort. Vermeldenswaard is ook nog dat in de wet veel aandacht wordt besteed aan de “onmiddellijke inning” met name de mogelijkheid voor de politie om aan de overtreder een bedrag (boete) voor te stellen die binnen 5 dagen moet betaald worden hetzij met fiscale zegels hetzij met bank- of kredietkaart. De “onmiddellijke inning” is uitgesloten bij zware overtredingen derde graad of als er schade werd berokkend aan anderen.
Een overzicht van de onmiddellijke inningen en boetes :
1. Gewone overtredingen :
- onmiddellijke inning : € 50
- boete : van € 55 tot € 1.375
- rijverbod : neen, tenzij bij een nieuwe overtreding nadat eerder reeds 3 veroordelingen opgelopen werden
2. Zware overtredingen eerste graad :
- onmiddellijke inning : € 150
- boete : van € 275 tot € 1.375
- rijverbod : mogelijk
3. Zware overtredingen tweede graad :
- onmiddellijke inning : € 175
- boete : van € 275 tot € 2.750
- rijverbod : mogelijk
4. Zware overtredingen derde graad :
- onmiddellijke inning : € 300, enkel voor personen die geen woon- of verblijfplaats in België hebben
- boete : van € 500 tot € 2.750
- rijverbod : verplicht met een minimum van 8 dagen en tot maximum 5 jaar
Er dient rekening mee te worden gehouden dat bij recidive (herhaling) voor de zware overtredingen de boetes verdubbeld worden.
Weet ook dat de rechter bevoegd is om te appreciëren en dus rekening te houden met verzachtende omstandigheden – zoals bijvoorbeeld een blanco strafregister – hetgeen ertoe kan leiden dat geldboetes geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk worden opgelegd.